Leeg huis

vanaf de straat, het raam van jouw huis
nog wel de planten, de gordijnen

maar er lijkt van alles te verdwijnen

sinds jij bent weggegaan


je grijze haren, een zwaai

het opstaan uit de stoel

je blije blik, dat ik er ben
ik mis je handen en je stem

en ben bang voor dat gevoel


binnen, aan kapstokken, in kasten

al jouw spullen en je jassen

kledingstukken, beige, blauwen

wat jij droeg, van dat vertrouwde

ik pak een vest en ruik eraan

ik streel de mouw en trek het aan



Water
Previous

Water

Tijd
Next

Tijd